Nonspecific neck pain: influence of temporomandibular joint on the cervical range of motion

Item

Title
Nonspecific neck pain: influence of temporomandibular joint on the cervical range of motion
Title
Niet-specifieke nekijn: invloed van het temporomandibulair gewricht op de cervicale mobiliteit
Author(s)
Himpe Marcia
Abstract
RESEARCH TITLE: Research as to the effect of a set of techniques applied to the temporomandibular joint on the mobility of the cervical spine in patients with nonspecific neck pain: a randomized placebo controlled clinical trial.
BACKGROUND: Nonspecific neck pain (NS-NP) has a high prevalence in the general population. Research has shown a neurological link between the cervical spine and the temporomandibular joint (TMJ). Although many treatment approaches for NS-NP exist, very few research has been done on the influence of techniques applied on the TMJ on the cervical mobility, neck pain and disability.
OBJECTIVE: To investigate the effect of techniques applied to the TMJ on the cervical range of motion, disability and pain in patients with NS-NP, and whether the presence of a temporomandibular joint disorder (TMD) amongst the subjects has an influence on the in- or decrease of the effect. METHOD: The experimental group received a set of manual techniques on the TMJ. The placebo group received a sham intervention applied on the masseter muscle area. All measurements regarding cervical mobility (flexion, extension, rotation left/right, lateral flexion left/right), were registered by the EasyAngle device. Neck pain was measured using the Numeric Pain Rating Scale (NPRS) and the Neck Disability Index (NDI) was used to quantify the disability of the complaints. Before the first intervention a pre-measurement (T0) was done, and after the first intervention a post-measurement (T1). A follow-up measurement took place after a week (T2) and after two weeks (T3).
RESULTS: Patients with NS-NP (N=48, 17 male and 31 female, 38,29 ±10,4 years of age, BMI of 24,57 ±3,14) were randomised into an experimental groups (N=24, 9 male and 15 female) and a placebo group (N=24, 8 male and 16 female). Both groups were equally distributed for all population characteristics. The Wilcoxon Signed Rank test showed a significant difference between scores at ‘T0 and T1’ and ‘T0 and T2/T3’ (p<0,05) for almost all variables of the experimental group, except for variable ‘cranial flexion rotation to the left’ (CFRL) (T0-T1: p=0,739; T0-T3: p=0,058). The placebo group showed similar results. Here, the cranial flexion rotation to the right (CFRR) (T0-T1: p=0,192; T0-T3: p=0,067) and the cranial flexion rotation to the left (CFRL) (T0-T1: p=0,118; T0-T3: p=0,384) were not significant. Comparison of the two groups showed a significant difference in post-test means for the variables ‘Flex_T3’, ‘Ext_T3’, ‘RotL_T3’, ‘RotR_T3’, ‘CFRR_T3’ and ‘LFL_T3’ (ANCOVA: p<0,05). In addition, two groups (with and without temporomandibular disorders) were compared within each population (experimental group and placebo group). Only one significant difference was noted on the variable ‘rotation to the left’ (MWU: p<0,05). DISCUSSION: Some aspects of this research have to be improved such as sample size, randomization, blinding and methodology.
CONCLUSION: Techniques applied on the TMJ showed a significant short-term effect in the experimental group for flexion, rotation to the left and right side, cranial flexion-rotation to the right side and lateral flexion to the left side, in patients with NS-NP. The presence of a TMD had only impact on the rotation to the left, but no other impact was seen on the increase of the cervical mobility, pain and disability.
Abstract
ONDERZOEKSTITEL: Onderzoek naar het effect van een reeks technieken toegepast op het temporomandibulair gewricht op de mobiliteit van de cervicale wervelkolom bij patiënten met niet-specifieke nekpijn: een gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde klinische studie.
ACHTERGROND: Niet-specifieke nekpijn heeft een hoge prevalentie in de algemene populatie. Onderzoek heeft aangetoond dat er een neurologische link is tussen de cervicale wervelzuil en het temporomandibulair gewricht (TMG). Hoewel er diverse behandelingen bestaan voor niet-specifieke nekpijn, is er heel weinig onderzoek gedaan naar de invloed van technieken uitgevoerd op het kaakgewricht op de cervicale mobiliteit, nekpijn en beperking.
DOEL: Het effect van technieken toegepast op de kaak op de cervicale beweeglijkheid, invaliditeit en pijn onderzoeken bij patiënten met niet-specifieke nekpijn, en of de aanwezigheid van een temporomandibulaire gewrichtsaandoening een invloed heeft op het effect. METHODE: De experimentele groep ontving een reeks manuele technieken uitgevoerd op het temporomandibulair gewricht. De placebogroep kreeg een schijnbehandeling ter hoogte van de masseter spier. Alle metingen met betrekking tot de cervicale mobiliteit (flexie, extensie, rotatie links/rechts, lateroflexie links/rechts), werden geregistreerd door het EasyAngle apparaat. Nekpijn werd gemeten met behulp van de Numeric Pain Rating Scale (NPRS) en de Neck Disability Index (NDI) werd gebruikt om de beperking te kwantificeren. Voor de eerste interventie werd een voormeting (T0) gedaan en direct na de eerste interventie nog een meting (T1). Een volgende meting vond plaats na een week (T2) en na twee weken (T3).
RESULTATEN: Patiënten met niet-specifieke nekpijn (N=48, 17 mannen en 31 vrouwen, leeftijd 38,29 ±10,4, BMI 24,57 ±3,14) werden willekeurig toegewezen aan een experimentele groep (N=24, 9 mannen en 15 vrouwen) of een placebogroep (N=24, 8 mannen en 16 vrouwen). Beide groepen waren gelijk verdeeld voor alle kenmerken van de populatie. De Wilcoxon Signed Rank test toonde een significant verschil aan in de experimentele groep tussen de scores op ‘T0 en T1’ en ‘T0 en T2/T3’ (p<0,05) voor bijna alle variabelen, behalve voor ‘craniale flexie rotatie naar links’ (T0-T1: p=0,739; T0-T3: p=0,058). In de placebogroep waren de resultaten vergelijkbaar. Hier waren ‘craniale flexie rotatie naar rechts’ (CFRR) (T0-T1: p=0,192; T0-T3: p=0,067) en ‘craniale flexie rotatie naar links’ (CFRL) (T0-T1: p=0,118; T0-T3: p=0,384) niet significant. Wat betreft de vergelijking van de post-test gemiddelden van de variabelen tussen beide groepen, is er een significant verschil te zien voor de variabelen ‘Flex_T3’, ‘Ext_T3’, ‘RotL_T3’, ‘RotR_T3’, ‘CFRR_T3’ and ‘LFL_T3’ (ANCOVA: p<0,05). Daarnaast werd binnen elke populatie (experimentele groep en placebo groep) twee groepen vergeleken (met of zonder temporomandibulaire gewrichtsaandoening). Hier werd slechts één significant verschil opgemerkt voor de variabele ‘rotatie naar links’ (MWU: p<0,05). DISCUSSIE: Bepaalde aspecten van dit onderzoek moeten worden verbeterd op gebied van omvang, randomisatie, blinding en methodologie.
CONCLUSIE: Technieken toegepast op het TMG vertoonden een significant effect in de experimentele groep voor flexie, rotatie naar links en rechts, craniale flexie rotatie naar rechts en lateroflexie naar links, bij patiënten met niet-specifieke nekpij. De aanwezigheid van een temporomandibulaire gewrichtsaandoening had weinig invloed op de verandering in cervicale mobiliteit, pijn en onbekwaamheid. Enkel bij rotatie naar links, was er een significant verschil opgemerkt.
presented at
FICO
Date Accepted
0
Date Submitted
25.7.2019 20:06:13
Type
osteo_thesis
Language
English
Number of pages
108
Submitted by:
4638
Pub-Identifier
16473
Inst-Identifier
1169
Keywords
nonspecific neck pain; cervical range of motion; temporomandibular disorder; temporomandibular joint; EasyAngle
Recommended
0
Item sets
Thesis

Himpe Marcia, “Nonspecific neck pain: influence of temporomandibular joint on the cervical range of motion”, Osteopathic Research Web, accessed May 5, 2024, https://www.osteopathic-research.com/s/orw/item/1988